Ga je kamperen? 7 dingen die je moet weten

Ga je kamperen? 7 dingen die je moet weten

Het is zomervakantie! De zon schijnt (meestal) en we kunnen genieten van ongeveer 40 dagen zomerplezier voordat de scholen weer beginnen.

Kamperen is een groot avontuur, maar er zijn 7 dingen die je moet weten voor je gaat!

1. Houd de weerberichten in de gaten

Vorige week was de warmste dag ooit gemeten, een paar dagen later regende het. Of je nu in Nederland kampeert of ergens in Europa, er kan van alles gebeuren.

De voorspellingen zijn niet 100% nauwkeurig, maar je kunt er tijdens je voorbereiding wel rekening mee houden.

Wordt het heel heet, dan is het fijn om een schaduwdoek of parasol mee te nemen. Denk ook aan de gebruikelijke dingen, zoals zonnebrandcrème en waterflessen.

Is er regen voorspeld? Neem waterdichte kleding en extra laagjes mee voor het geval het weer omslaat.

2. Oefen eerst

Ben je een doorgewinterde kampeerder, dan kun je deze stap overslaan. Heb je nog nooit een tentstok in handen gehad, dan is proefkamperen een goed idee.

In de tuin of zelfs in je woonkamer haal je alle tentonderdelen tevoorschijn. Controleer of je alle stokken hebt en of er niets kapot is. Dan zet je ‘m in elkaar.

Voer alle stokken voorzichtig door de sleuven; zorg ervoor dat het materiaal niet blijft haken en dat er geen stok breekt. Schrijf indien nodig de volgorde op zodat je weet wat er moet gebeuren.

3. Weet wat je mee moet nemen

Je kunt eindeloos veel kampeerspullen aanschaffen. Maar welke zijn nou echt onmisbaar? Onderstaande lijst is een goed uitgangspunt (om te kopen of te lenen):

  • Beddengoed (mat, slaapzak, kussen)
  • Zaklamp en laders (plus reservebatterijen)
  • Hamer en reserveharingen
  • Campingstoelen
  • Kookstel / Barbecue (plus eventuele brandstof)
  • Aansteker of lucifers
  • Koelbox
  • Pannen, borden, kommen, bestek, mokken
  • Mes en fles-/blikopener
  • Vuilniszakken
4. Kleding en persoonlijke spullen

Pak lichtgewicht en sneldrogende materialen in, zoals nylon (in plaats van katoen en denim die er eeuwen over doen om te drogen).

Zorg voor een setje reservekleding voor overdag en ’s nachts, zodat je altijd iets droogs hebt om in te slapen.

Laagjes zijn ideaal, want dan kun je je gemakkelijk aanpassen als de temperatuur gedurende de dag verandert. Denk ook goed na over schoeisel.

Neem iets mee dat geschikt is voor ruig terrein of voor lange wandelingen. Vergeet ook de gebruikelijke toiletspullen niet, en wat dacht je van een EHBO-doos?

5. Neem toiletpapier mee!

Je weet nooit zeker of er toiletpapier is op je kampeerplek, neem dus altijd zelf een paar rollen mee. Stop wat velletjes in zakken en tassen, zodat je altijd iets bij de hand hebt.

6. Pak de auto efficiënt in

Het is altijd even puzzelen om alles in de auto te krijgen. Denk vooral logisch na.

De tent moet als laatste, zodat je die op je bestemming als eerste kunt pakken. Houd snacks/vermaak bij de hand, dan hebben de kinderen iets te doen als jij de tent opzet.

7. Lees de campingregels!

De meeste campings hebben regels waaraan je je moet houden. Deze gaan bijvoorbeeld over parkeren, geluid na zonsondergang of kampvuren en barbecues.

Lees van tevoren wat wel en niet is toegestaan, zodat je voorbereid bent. Houd rekening met je medekampeerders.

O, en neem oordoppen mee voor luidruchtige buren óf dieren!

Ben je weer thuis en kun je je kampeerspullen nergens kwijt? Huur een opslagruimte om ze veilig op te bergen! Shurgard heeft betaalbare opslagruimtes beschikbaar.

Geef een reactie